Hart- en Vaatziekten

1. Targeting van het inflammatoire proces in atherosclerose
Het Centrum voor Hart- en Vaatziekten (CHVZ) onderzoekt in preklinische dierenmodellen hoe het inflammatieproces bij atherosclerose uiteindelijk leidt tot plotse verstopping van de slagaders. Bedoeling is om vroegtijdig op dit proces te kunnen ingrijpen om bijvoorbeeld hartinfarct en beroerte te kunnen voorkomen.
Hart-en vaatziekten blijven de nummer 1 doodsoorzaak in de Westerse Wereld ondanks de sterke medische vooruitgang de laatste 30 jaren. Verstoppingen van de kransslagaders (hartinfarct), hersenaders (beroerte) en de perifere bloedvaten zijn de vaakst voorkomende uiting hiervan. Leeftijd, roken, hoge cholesterol, suikerziekte, hoge bloeddruk en erfelijke belasting spelen hierbij allemaal een rol. Vetophopingen in de wand van de bloedvaten (atherosclerose) worden hierdoor versneld. Bij dit proces zijn er ook ontstekingsfactoren die een belangrijke rol spelen in de stevigheid van de atheromateuze plaques. Bepaalde onstekingsprocessen kunnen de bloedvatwand kwetsbaarder maken waarbij er gemakkelijker een kleine scheur in de atheroomplaque kan ontstaan. Hierbij geraakt het gehele bloedvat plots verstopt (vulnerabele plaque) door een bloedprop. Niet alle atheromatotische plaques hebben dezelfde graad van inflammatie en vatbaarheid tot rupuur.
Door speciaal ontwikkelde antilichamen kan in proefdieren dit proces vroegtijdig in beeld gebracht worden. Hierdoor kunnen we bepalen welke antilichamen het meest geschikt zijn om plaqueruptuur te voorspellen om uiteindelijk bij de mens dergelijke atheromatotische letsels te gaan behandelen alvoren ze leiden tot een plots infarct.
Figuur 1

Figuur 2

2. Een nieuw diermodel om het ziekteproces leidend tot aortaklepstenose verder uit te klaren
Het centrum voor Hart- en Vaatziekten (CHVZ) tracht een geschikt diermodel te ontwikkelen om het proces leidend tot aortaklepziekte te onderzoeken, dit met het oog om bij te dragen tot de ontwikkeling van een potentiële medicamenteuze behandeling.
Aortaklepstenose (AS, zie figuur 3 ter illustratie) is de meest voorkomende hartklepziekte en vormt een belangrijk gezondheidsprobleem in de oudere bevolking. Bovendien is er een toenemende populatie van patiënten met een voorgeschiedenis van radiotherapie t.h.v. de borstkas, die zich vaker presenteren met AS en dit op een jongere leeftijd. Tot op heden is de pathofysiologie van aortaklepziekte onvoldoende gekend en is er nog steeds geen medische behandeling beschikbaar. Dit gebrek aan kennis is voornamelijk te wijten aan het ontbreken van relevante diermodellen om deze ziekte te bestuderen.
Om het menselijke proces van aortaklepziekte in een dier te onderzoeken is het aangewezen dat het dier zoveel mogelijk overeenkomsten vertoont met de mens, zeker wat betreft het hart- en vaatstelsel. In dit opzicht heeft het onderzoeksteam van het CHVZ er dan ook voor geopteerd om te werken met een varkenmodel. Varkens hebben een gelijkaardige hartanatomie, aortaklepanatomie, lipidenstelsel, bloedstelsel en hemodynamische parameters als de mens, wat hen tot een zeer geschikte diersoort maakt voor cardiovasculair onderzoek. Binnen de varkens wordt preferentieel gebruik gemaakt van minipigs, gezien hun kleinere gestalte en tragere gewichtstoename, wat de huisvestiging vergemakkelijkt en waardoor ze langer over tijd opgevolgd kunnen worden (zie figuur 4). Lagere diersoorten zoals muizen en ratten tonen minder overeenkomsten met de mens (vb. andere anatomie van de aortaklep, ander lipidenprofiel), wat de translatie van preklinisch naar klinisch onderzoek bemoeilijkt. Tevens kunnen varkens onderworpen worden aan dezelfde cardiale beeldvormingstechnieken als toegepast bij de patiënt, welke niet optimaal te gebruiken zijn bij kleinere diersoorten zoals ratten en konijnen.
De ontwikkeling van dit nieuw diermodel van AS en de bekomen informatie omtrent het ziekteproces kan een belangrijke stap vooruit betekenen in de ontwikkeling van een potentiële medicamenteuze behandeling. Dit zou chirurgische vervanging van de aortaklep en de daarmee gepaard gaande ziekenhuisopname en morbiditeit kunnen voorkomen, hetgeen ook vanuit gezondheidseconomisch standpunt voordelig kan zijn. In dit diermodel van AS kunnen tevens nieuwe beeldvormingstechnieken onderzocht en ontwikkeled worden, met het oog op verbetering van diagnostiek en predictie van ziekteprogressie. Kortom, het bekomen van meer inzichten in deze ziekte kan uiteindelijk leiden tot een verandering van de standaardzorg en een verbetering in de levenskwaliteit van deze belangrijke en groeiende patiëntenpopulatie.
Figuur 3: Aortaklepstenose. Links: lokalisatie van de aortaklep in het hart. Rechts: opening van een normale en ernstig vernauwde en gecalcifieerde aortaklep (Patel et al, 2016)

Figuur 4: Aachener minipigs
